Veldwerk
Als er één ding is waar vogels en zoogdieren niet van houden, is dat het silhouet van een mens. Als je ligt, zit, je verschuilt achter planten of in een hide, of een camouflagenet gebruikt, kom je makkelijker dicht bij je onderwerp. Maar de belangrijkste regel is dat je het dier en de omgeving geen kwaad doet: een foto is nooit belangrijker dan de gezondheid en het welzijn van een dier.
Camera’s en uitrusting
Momenteel fotografeer ik met twee van Sony’s flagship Alpha 1 camera’s en die zijn net zo snel als een slechtvalk: ze maken 50 megapixel-foto's met 30 fps. Ik heb eerder ook gefotografeerd met de Sony Alpha 9 II, die ik nog steeds af en toe gebruik. Mijn twee Alpha 1 camera’s hebben precies dezelfde instellingen. Die heb ik met een SD-kaart van de ene naar de camera gekopieerd. Vervolgens gebruik ik verschillende lenzen op beide camera’s, afhankelijk van wat ik fotografeer en waar ik ben.
Mijn favoriete lens voor alle soorten wildlifefotografie, maar vooral voor vogels, is de FE 600 mm f/4 G Master. Sterker nog, ik neem hem altijd met me mee. Door de combinatie van de sensor met hoge resolutie en de grote brandpuntsafstand kan ik moeiteloos de kleinste details vastleggen. Dat is vooral handig als ik kleine vogels fotografeer.
Als ik grotere vogels fotografeer, zoals haviken, is het onderwerp soms te groot voor het frame. In zo'n geval gebruik ik de haarscherpe FE 400 mm f/2.8 G Master. Deze lens vervaagt de achtergrond heel mooi en kan je ook gebruiken bij weinig licht, vanwege het grote diafragma van f/2.8. Over het algemeen heb ik een bredere lens op mijn tweede camera en de FE 12-24 mm f/2.8 G Master lens is daar een extreem voorbeeld van. Die lens gebruik ik voor wilde dieren, maar ook voor landschappen, waarmee ik de verhalen die ik vertel meer context geef. Deze lens produceert keer op keer foto's die van rand tot rand scherp zijn.
Als ik nog twee andere Sony-lenzen zou mogen kiezen, zijn dat de FE 90 mm macrolens en de FE 70-200 mm f/2.8 G Master. Die laatste is een praktische, multifunctionele zoomlens en is vooral handig als ik dichtbij een grotere vogel ben maar onzichtbaar moet blijven, of als ik een vogel en de directe omgeving wil fotograferen. De FE 90 mm macrolens, waarschijnlijk de scherpste lens waar ik ooit mee heb gewerkt, is de enige lens die altijd in mijn cameratas zit. Ik gebruik hem niet vaak voor vogels, maar ik pak hem erbij als ik texturen en patronen wil fotograferen. En als ik macroshots wil maken uiteraard.
Camera-instellingen
Het zal waarschijnlijk geen verrassing zijn dat de AF-tracking mijn favoriete functie van de Sony Alpha 1 is. Het is fantastisch dat je de camera ergens op richt en scherpstelt, en dat deze het onderwerp continu volgt. Dat is een verademing bij de Alpha 1, maar als vogelfotograaf is de volgende uitdaging om de vogel binnen het frame te houden.
Afhankelijk van het formaat, het soort vogel en hoeveel controle ik heb over de situatie, gebruik ik de nkelvoudige AF-stand met het kleinst mogelijke focuspunt. Als ik denk dat de actie voor mijn lens in een oogwenk kan veranderen, wat natuurlijk altijd het geval is met wildlifefotografie, schakel ik over op een groter focuspunt zodat ik niets mis. Verder gebruik ik het brede autofocusbereik voor supersnelle acties, zoals vogels die voorbij vliegen. De camera stelt moeiteloos scherp op het dichtstbijzijnde onderwerp, dit is ideaal voor vliegende vogels.
Ik merk persoonlijk dat de spectaculairste foto’s van vogels worden gemaakt met de eye-autofocus voor dieren. Met de Sony Alpha 1 is het zelfs mogelijk om het oog van een vliegende vogel te volgen! Het is ongelooflijk hoe goed dat werkt; de eindresultaten spreken voor zich.
Achtergronden
Achtergronden vormen een essentieel onderdeel van de foto. Als ik vanuit een draagbare hide fotografeer, kan ik zo gaan staan dat ik de specifieke achtergrond krijg die ik wil. Als je rondloopt en onderwerpen zoekt om te fotograferen, heb je niet altijd die mogelijkheid. Het kan bijvoorbeeld erg saai zijn als de lucht geen bijzondere elementen of kleuren bevat. Ik probeer dus altijd om het landschap achter mijn onderwerp te krijgen.
Sommige locaties zijn mistig en dan krijg je niet altijd krachtige kleuren op de voorgrond. Ik hou van felle kleuren en fotografeer vaak ’s avonds of ’s ochtends vroeg in de lente of zomer; dan zijn de omstandigheden om felle kleuren vast te leggen perfect. Als je als fotograaf de ambitie hebt om kleurrijke foto’s te maken, kan dat flinke risico’s met zich meebrengen. Maar afhankelijk van waar je bent in de wereld, zijn dit de tijdstippen waarop de vogels en het licht het interessantst zijn.
“Ik ben gek op de wilde wonderen van de natuur en voel me erg aangetrokken tot de prachtige uitdrukkingen van veel verschillende culturen van de mensheid.”