Een van 's werelds beste sportfotografen, Bob Martin, deelt zijn mening over de nieuwe Sony FE 600 mm f/4-lens en de FE 135 mm f/1.8 G Master-lens.
Er zijn maar weinig sporten die Bob Martin niet op de gevoelige plaat heeft vastgelegd. Hij heeft beelden geschoten tijdens wereldcups, op wereldkampioenschappen en zelfs van olifantenpolowedstrijden. In zijn lange carrière als sportfotograaf fotografeerde hij de grootste atleten ter wereld op het hoogtepunt van hun carrière.
Bob is in 2017 overgestapt van een DSLR en gebruikt nu de Sony α9 en α9 II als hoofdcamera's, in combinatie met de FE 600 mm f/4 GM-lens en de 135 mm f/1.8 GM-lens.
Bob vertelt enthousiast: "De FE 600 mm f/4 G Master-lens gaat goed samen met de Sony α9-serie. Hij stelt sneller en beter scherp dan andere lenzen van 600 mm die ik heb gebruikt. Als ik met 20 fps fotografeer, houdt de lens de snelle autofocus van de camera moeiteloos bij. Dat is de droom van elke sportfotograaf."
Mensen die het systeem van Sony niet goed kennen, zeggen vaak dat er geen lenzen voor professionele fotografen in het assortiment zitten, maar niets is minder waar.
Bob gaat verder: “Dankzij de nieuwe FE 600 mm f/4 G Master-lens kan ik nu met een brandpuntsafstand van 12 tot maar liefst 600 mm schieten. En als ik de 1,4x of 2x teleconverter gebruik, kom ik tot wel 840 of 1200 mm. Met mijn oude DSLR gebruikte ik de teleconverter eigenlijk nooit, want die haalde het niet bij de lens en de kwaliteit ging ervan achteruit. Als je de telelenzen van Sony echter combineert met de 1,4x of 2x teleconverter, werkt dat geweldig.”
De 400 mm f/2.8 GM-lens van Sony bestaat al meer dan een jaar en heeft uitstekende beoordelingen gekregen van zowel professionals als amateurfotografen. Dus waarom dan een 600 mm f/4-lens?
Bob legt uit: "Een lens van 600 mm is voor grote evenementen. Bij grote sporttoernooien in grote stadions kom je vaak steeds verder van de actie af te staan. Je moet dus steeds langere lenzen hebben en soms heb je zelfs een 1,4x of 2x converter nodig als je binnen fotografeert, puur zodat je dichterbij kunt komen dan de rest."
Hoewel beeldkwaliteit en een snelle autofocus vaak de belangrijkste factoren zijn, zijn ook het formaat, het gewicht en de balans van een lens essentieel voor sportfotografen.
“Er is niets vervelender dan wanneer je een camera en lens op een monopod gebruikt en telkens moet voorkomen dat ze naar voren of achteren zakken”, vervolgt Bob. “Gelukkig zit het grootste deel van het gewicht van de 600 mm in het achterste en middelste deel, dus hij is perfect in balans.”
Hoewel de 600 mm f/4-lens veel aandacht heeft gekregen, verwelkomt Bob de onlangs aangekondigde FE 135 mm f/1.8-lens ook met open armen. Als we aan een 135 mm f/1.8-lens denken, associëren de meesten van ons die met portretfoto's, maar voor een sportfotograaf is deze brandpuntsafstand ideaal voor sporten waarbij je dicht op de actie staat.
“Ik fotografeer bijna altijd met de lens helemaal open. Zo krijg je net dat beetje extra focus waarmee het subject eruit springt. Je kunt een 70-200 mm f/2.8-lens gebruiken, maar dan krijg je niet precies dezelfde gerichte scherptediepte als met een 135 mm f/1.8-lens. Al deze Sony G Master-lenzen zijn ontworpen om volledig open mee te fotograferen. Dat is perfect, want als ik een f/1.8-lens heb, wil ik ook met f/1.8 kunnen schieten.”
Het komende jaar wordt een belangrijk sportjaar en er komen veel nieuwe lenzen uit. Hier zitten gegarandeerd opties tussen waarmee Bob de zinderende opnamesnelheid van 20 fps en de snelle autofocus van de Sony α9 en α9 II kan aanvullen.
“De Sony FE 135 mm f/1.8-lens en de FE 600 mm f/4 GM-lens kwamen precies op het juiste moment”, concludeert Bob. “Volgend jaar ben ik in Tokio voor het grootste sportevenement ter wereld en ik neem beide lenzen mee. Ik kan niet wachten om te zien wat voor foto's ze me opleveren.”
"De stille Eye-AF en de interactieve zoeker van de Sony α9 maken echt het verschil voor mij!"